DZD 1

 


Stand en uitslagen 


 

21-05-2022
D4 1 – DZD 1

Ook de 5e ronde verliezen we

Huh? De 5e ronde? Ja, misschien zijn we het al vergeten, maar er is ook in dit seizoen een Corona-lockdown geweest en de (daardoor uitgestelde) 5e ronde is verplaatst naar 21 mei. Dat was lastig voor Ton van Vliet, want die deed (zoals elk jaar) mee aan het “ouwe-lullen-toernooi” in Bregenz, zie https://chess-results.com/tnr588461.aspx?lan=1. Dan is de aanvangstijd voor D4 ook nog eens 12 uur, waardoor Eric Clarisse niet mee kon doen, omdat hij, vanwege zijn werk, niet op tijd achter het bord kon verschijnen. Kortom: we zijn al de slechtste ploeg in 4H en dan waren we ook nog eens fors verzwakt. Ach, we waren toch al gedegradeerd.

We mochten dus tegen D4 uit Oosterhout, dat zijn wedstrijden in Dongen speelt (in het clubgebouw van DSC). D4 heeft namelijk geen clubavond meer. Het is wat. Maar ze hebben wel een batterij spelers die een ELO hebben die die van de onzen zwaar overschrijdt. Zo zaten op de eerste vier borden spelers met een rating van 1950 of meer. Dat we daar anderhalve punt haalden was zeker meer dan “the expected score”.

Onderin hadden onze twee zwartspelers ook (op papier dan toch) sterke tegenstanders. Het moest aan de onderkant komen van onze witspelers (vader en zoon den Hollander) die speelden tegen tegenstanders die “ze konden hebben”.

En Gayan liet zien dat dit klopte. Hij kwam eerst één, toen twee pionnetjes voor. Toen zijn tegenstander het onbegrijpelijke Pd4 speelde (dat paard kon gewoon geslagen worden) kon Gayan het simpel afmaken: 1-0 voor na twee uur spelen.

Vader Rinus stond zeker niet onaardig tot zijn tegenstander Pxd4 speelde wat een pion kostte. Daarna vocht Rinus nog lang om remise te halen, maar dat lukte niet en na vier uur spelen was zijn partij als laatste klaar.

Is het toeval dat Pd4 in beide gevallen beslissend was? Deze vraag mag beantwoord worden door mensen die zich met spiritualiteit of statistiek bezig houden.

Tussendoor was er van alles gebeurd. Wilmer Jacobusse maakte zijn debuut en deed dat meer dan verdienstelijk. In een scherp gespeeld damegambiet kwam hij een pion voor. Wilmer ging vervolgens op zoek naar de winst en vergat daarbij een beetje te kijken naar de kansen van de tegenstander. Dat kostte hem een pionnetje. Het eindspel dat resteerde zal nog wel iets beter zijn geweest voor Wilmer, maar de remise was een keurig resultaat.

Van de partijen van Marco Baars en Herman Schoonakker heb ik niet veel gezien. Maar het leek me toe dat ze in de opening materiaal verloren zonder compensatie en dat ze daarna langzaam maar zeker naar een nul werden gespeeld. In het geval van Herman klopte dat wel, als ik zijn reactie per mail mag geloven:

Als je naar de beoordeling van Stockfish kijkt, zou ik (voor mijn doen) best wel redelijk gespeeld hebben met slechts 1 fout en 1 onnauwkeurigheid. Maar mijn opponent Pierre Jaspers maakte geen fouten en geen onnauwkeurigheden. Daardoor heb ik nooit het gevoel gehad te kunnen winnen of ook maar remise te kunnen forceren. Bovendien vond ik Stockfish vrij mild in zijn oordeel. De fout om op zet 18 exf5 met exf5 te beantwoorden zou je ook best een blunder kunnen noemen. Het is niet zo ingewikkeld om te zien dat daardoor Pd5 mogelijk wordt, met allerlei vervelende consequenties.

Zo verloor ik een kwaliteit en stond ik al na zet 21 verloren. Ik heb nog tot zet 40 doorgespeeld maar zoals gezegd, geen kans meer gekregen. Gewoon een goede partij van mijn tegenstander.

 

En dat is ook een kwaliteit: gewoon zeggen dat je terecht verloren hebt.

Ik zat naast Leon Zweedijk. Zijn Boedapester gaf hem zeker kansen voor het geofferde materiaal. Maar zijn tegenstrever had alles goed in de smiezen en “at the end of the day” had Leon geen aanval meer en nog steeds die materiële achterstand.

Lennard Duynkerke won van een speler met een rating van 1975. En daar was Lennard, terecht, blij mee. Lennard meldt over deze partij het volgende: De partij van zaterdag was een interessante partij die alle kanten op had kunnen gaan. Ik kwam naar mijn idee vrij goed uit de opening en kon een mooie koningsaanval opbouwen. De aanval was alleen niet doorslaggevend en mijn tegenstander kwam in het middenspel goed terug en nam het initiatief over. Daarom moest ik mijn dame ruilen tegen zijn torens, omdat deze te sterk werden. Ook stond ik op een gegeven moment een pion achter. Toch denk ik dat ik deze stelling (zet 25) nog wel remise had kunnen houden, omdat mijn loper veel sterker was dan die van hem en mijn stukken goed waren ontwikkeld.

Op een gegeven moment was er deze stelling met Lennard (met wit dus) aan zet:


Lennard zag hier een mooie tactische manoeuvre. Als zwart verkeerd zou reageren zou Lennard een dame tegen een paard en een toren winnen. Ziet u hoe? Antwoord: op het eind van dit artikel. Het liep goed af (want zwart reageerde inderdaad verkeerd) en Lennard won de partij.

Zelf speelde ik met wit tegen Maykel Smits, een sympathieke vent. Ik speelde Schots. Wat velen niet weten is dat het Schots eigenlijk een gambiet is, want na 4….Dh4 gaat pion e4 gewoon verloren. Dat wist ik wel, maar wist ik ook nog hoe het tegen gespeeld moest worden? Niet helemaal, maar Smits gelukkig ook niet. Ik bleef dan ook de gambietpion achter, maar kreeg wel veel spel. In deze stelling


heeft zwart net 17….b6 gespeeld. Wat is de beste optie voor wit en wat is zijn plan? Antwoord: op het eind van dit artikel.

Een paar zetten later stond het zo:

Wit is weer aan zet. Ik speelde 22. Lc6 en bood remise aan. Waarom: ik zag een eindspel aankomen van D+L+5 pionnen tegen 2T+L+6 pionnen, waarbij ik wel het idee had dat mijn stukken beter stonden. Maar ja, de klok was al in de buurt van de 5 minuten. En dat met nog 18 zetten te doen tegen een 2000+-speler.

Ik had wel het idee dat er een betere zet was dan 22.Lc6. Ik had ook veel tijd gespendeerd om die zet te vinden. Ik vond hem niet. De engine van chess.com wel. Bent u net zo goed als die engine? Antwoord: eind van dit artikel.

Antwoord bij partij Lennard (en ik laat Lennard weer aan het woord):

Een paar zetten later (zet 27) zag ik ineens een mooi tactiekje, dus ruilde ik mijn loper (Lxe4) tegen zijn paard in de hoop dat hij terug zou nemen met zijn paard. Dit deed hij gelukkig, want als hij met zijn pion genomen zou hebben, zou ik verloren staan (zijn paard bleef dan het veld f7 dekken, waardoor mijn tactiekje niet zou werken). Maar ik ging er stiekem een beetje vanuit dat hij het tactiekje niet zou zien (ik wist de rating van mijn tegenstander niet…). Dit was een slechte zet en ben ik achteraf niet trots op, omdat je nooit slechte zetten moet doen om je tegenstander uit te lokken, terwijl je gelijk staat en de partij waarschijnlijk remise zal worden. Hoe dan ook, in de volgende stelling speelde ik 28. Tf8+ Kh7 29. Th8+ Kxh8 30. Pf7+ met een vork tussen zijn dame en zijn koning. Vervolgens stond ik een kwaliteit voor, waarna het niet lastig meer was om de partij te winnen. Voor de volledige partij, zie: https://www.chess.com/analysis/library/3denkoagqt

Zoals jullie kunnen lezen is er met de zelfreflectie van Lennard niks mis. Aan de andere kant: zijn gok leverde wel een mooie zege (en veel ratingwinst) op.

 

Antwoorden bij partij Peter:

  1. Het plan is c4, Txe7 en Tc1. Dat speelde ik ook.
  2. Lg4, Thd8 gevolgd door 23. De2+ en 24. Lxd6. Dit had ik wel gezien, maar ik had niet gezien dat 22…. Tbd8 niet goed is (want “mat in 9”; tsja, zover vooruit kan ik echt niet kijken) en dat 22…. Dxa3 ook niet goed is en de winnende zetten na die zet had ik ook niet zelf kunnen bedenken.

Wil je de hele partij naspelen? Dat kan: https://www.chess.com/analysis/game/pgn/4kjotNoVQr

Dan de gedetailleerde uitslag:

Smits, M. (Maykel) 2003 Borgt van der, P.B.F. (Peter) 1858 ½ – ½
Vossen van, R. (Robbert) 1995 Zweedijk, L.J.A. (Leon) 1676 1 – 0
Caluwe, M. (Marc) 1978 Duynkerke, L.J. (Lennard) 1531 0 – 1
Jaspers, P.A.M. (Pierre) 1950 Schoonakker, H.A. (Herman) 1457 1 – 0
Ven van de, J. (Jolanda) 1588 Hollander den, R. (Rinus) 1599 1 – 0
Jans, W. (Wouter) 1804 Baars, M.S. (Marco) 1445 1 – 0
Meulemeester, P.H. (Piet Hein) 1211 Hollander den, G. (Gayan) 1447 0 – 1
Boom, E. (Erik) 1669 Jacobusse, W.L. (Wilmer) 0 ½ – ½
Gemiddelde Rating: 1775 Gemiddelde Rating: 1573  5-3

Nu het seizoen erop zit rest er nog wel een terugblik te beginnen met de vraag: Hoe hebben de 9 basisspelers het gedaan (in volgorde van gemiddelde bordvolgorde)?

  1. Peter van der Borgt speelde al zijn partijen op bord 1. Zijn 3 uit 8 was best okay. Het gemiddelde niveau van zijn tegenstanders was iets boven de 2000. Dat leidde tot een TPR van 1893 en dus ook wat ratingpunten winst.
  2. Eric Clarisse speelde 5 keer mee. Twee keer was Eric verhinderd en hij had ook nog de pech dat hij een keer tegen een NOG speelde. Die telt dus niet mee. Drie remises en een TPR van 1685 zal een kleine tegenvaller zijn.
  3. Ton van Vliet speelde aan bord 4 (gemiddeld). In zijn 5 partijen kwam hij tot een halfje. Maar ja: gemiddelde tegenstand: 1862. Da’s niet misselijk.
  4. Leon Zweedijk werd later aan het basisteam toegevoegd en kwam tot anderhalve punt uit 5 wedstrijden. Voor een herintreder zeker niet slecht.
  5. Rinus den Hollander zal met zijn 2 uit 9 niet helemaal tevreden zijn geweest. Zijn ene zege was wat gelukkig. Tijdnood bleek te vaak een redelijke of houdbare stelling te veranderen in een verloren stelling.
  6. Lennard Duynkerke had met 3 uit 7 en een TPR van 1698 een puik seizoen. Zijn zeges waren meestal terecht en zijn nederlagen waren in een enkel geval absoluut niet nodig geweest. Lennard speelde geen enkele keer remise en dat als “Londen-speler”!
  7. Marco Baars had een zwaar seizoen. Zijn gemiddelde tegenstand was 1782. Twee keer stond Marco na de opening gewonnen, maar door zijn tegenstander onnodig tegenkansen te geven leverden die partijen toch een 0 op.
  8. Herman Schoonakker speelde, net als Peter en Rinus, alle 8 wedstrijden mee en scoorde een opperbeste 3 ½ uit 8. Een enkele zege kwam wel wat gelukkig tot stand, maar wie maalt daarom.
  9. En ook Gayan den Hollander kan tevreden zijn: 2 ½ uit 6. Nu had Gayan gemiddeld gesproken wel de zwakste tegenstanders. Nou ja, zwak: 1604 gemiddeld!

Dan nog wat andere statistieken:

  1. We haalden 20 bordpunten. Dat betekent dat we gemiddeld met 5 ½ – 2 ½ verloren.
  2. We hadden elke wedstrijd een volledig team. Chapeau! Veel andere clubs kunnen dat niet zeggen.
  3. Zijn we met 0 punten de slechtste ploeg in de zaterdagcompetitie?
    1. Welnee: Caissa heeft in de Meesterklasse min 2 punten
    2. En er zijn genoeg andere teams met ook 0 matchpunten en vaak genoeg ook nog minder dan 20 bordpunten.
  4. Zijn we terecht gedegradeerd?
    1. Natuurlijk, want we hebben 0 punten gehaald.
    2. Natuurlijk niet, want in drie andere 4e klassen degradeert er geen enkel team, omdat die (na late afmeldingen / tussentijds terugtrekken) maar uit 8 teams bestonden.
    3. Natuurlijk niet, want in sommige klassen was de gemiddelde teamsterkte veel lager dan in 4H.

En dan het belangrijkste: was het een leuk seizoen? Zonder aarzeling zeg ik “ja”. We hadden (nagenoeg) onbekende tegenstanders. De “jeugd” (Lennard, Gayan en Marco) heeft zich kunnen manifesteren en nog meer ervaring opdoen en de invalbeurten van Riny Westveer (1 uit 2) en Wilmer Jacobusse smaakten naar meer.

Is het erg dat we gedegradeerd zijn? Nee. Ook dit zeg ik zonder aarzeling. Volgend seizoen zullen we weer onbekende tegenstanders treffen en ook tegenstanders waar we kans hebben op een teamzege. Het zal zeker geen makkelijk seizoen worden, we worden zeker niet zo maar kampioen, waarschijnlijk niet zelfs, maar aan de andere kant zal degradatie er, behoudens veel pech, niet inzitten.

 

Peter van der Borgt


 

 

 

23-04-2022
De Raadsheer 1 – De Zwarte Dame 1
Als je Wil je weten hoe ze bij De Raadsheer deze wedstrijd zagen: http://www.sv-deraadsheer.nl/2022/04/26/rare-dingen-de-raadsheer-1-de-zwarte-dame-1/

 



02-04-2022
DZD 1 – KING 2 


De Zwarte Dame 1 –  KiNG 2 verslag

Een lezenswaardig stuk, van KiNG over de ronde ervoor: https://sgking.nl/als-het-eigenlijk-maar-net-goed-gaat-dzd-1-king-2/

 


De Baronie 2 – SVDZD 1
12-03-2022

Madammen met een bontjas

Urbanus zong er jaren geleden al over (https://www.youtube.com/watch?v=oZjnavpSGoU). In de jaren ’80 toen Urbanus dit zong zat de Ginnekenmarkt ongetwijfeld vol met “madammen met bontjassen”. Nu kan dat natuurlijk niet meer. Maar de Ginnekenmarkt is nog steeds het centrale punt in Ginneken, de kakwijk van Breda. Op de terrassen op die markt zie je een blanke bubbel van vrouwen in kasjmieren jassen (gekocht met behulp van een personal shopper), gestyled en geparfumeerd alsof ze Chantal Janszen zijn, die even een wijntje doen voordat ze naar de lokale traiteur hun spulletjes kopen die ze ’s avonds in de magnetron doen zodat manlief (net terug van het hockeyveld waar hij een jeugdteampje heeft gecoacht) de laatste trends op vegan-gebied kan proeven in hun herenhuis aan de Baronielaan waar ze geen idee hebben hoe het leven een paar kilometer verderop in Breda-Noord is. Auto’s met kentekens uit Oostbloklanden zie je hier niet, van hun werkgever geleasde Tesla’s des te meer (hebben die gasten nog geluk ook, want de benzineprijs gaat harder omhoog dan die van elektrisch).

De trouwe lezer snapt het al. Na zo’n inleiding van een gefrustreerde armoedzaaier uit een gat als Kruiningen volgt geen verslag van een glorieuze zege. De ontvangst door Baronie was overigens allerhartelijkst en alle negatieve gevoelens die in de alinea hiervoor zijn opgeroepen waren niet van toepassing.

De route naar Breda was toch al geplaveid met tegenslagen. Niet letterlijk, want met behulp van tomtom en google maps was dat wel te doen. Figuurlijk hadden we wel wat tegenslag. Zo meldde Rinus den Hollander zich al af voordat we over een opstelling hadden nagedacht. Rinus was positief getest (op Corona) en alleen als hij geen klachten zou hebben zou hij mee mogen doen. Omdat al onze basisspelers + Leon Zweedijk beschikbaar waren besloten we daar maar niet op te rekenen en geen rekening met Rinus te houden. Dus hoefde de teamleider niemand reserve te zetten. Een probleem wat geen enkele teamleider fijn vindt.

Toen (woensdag) meldde Gayan den Hollander zich af. Ook Corona-positief. En op basis van de huidige overheidsregels mocht Gayan niet mee doen. Gelukkig wilde Riny Westveer weer mee doen. Riny speelt nog maar een half jaar op clubniveau, maar had zich de vorige ronde als invaller al getoond door een verloren stelling om te toveren in een zege. Wie weet zou dat nu weer lukken.

De dag erna speelde de teamleider met wit tegen Rinus in het kader van het OLPT (Online Lange Partijen Toernooi). Het werd een zeer vermakelijke partij, waarin de witspeler een speculatief (dus compleet fout) paardoffer speelde en uiteindelijk toch een winnende combinatie kon doen met zijn andere paard, maar omdat hij het verkeerd deed werd het nu “maar” remise. Beide spelers hadden echter een paar uur speelplezier gehad. Wil je meegenieten: https://www.chess.com/game/live/40652388677?username=rinusdenhollander

Later die dag meldde Marco Baars me dat hij zodanig door zijn rug was gegaan dat meespelen er niet in zat. In de telefonische analyse van de online-partij had de teamleider van Rinus begrepen dat zijn klachten een eind over waren. Toen de teamleider hem later die dag meldde dat Marco niet kon meedoen gaf hij aan te mogen, te kunnen en te willen spelen.

Nu naar de wedstrijd zelf. Lennard Duynkerke opende het bal na twee uur spelen door een mooie zege op Kees van Dongen die na Lennards 23.a4 in deze stelling

Diagram 1
Diagram 1

 

 

 

 

 

 

 

opgaf. Een beetje vroeg, lijkt me, dat opgeven. Wel een goede partij van Lennard hoor. Chess.com gaf hem een 98% nauwkeurigheid. Lennard komt zo op 2 uit 4 en van de basisspelers is hij daarmee, samen met Herman Schoonakker, de enige die 50% of meer heeft gescoord.

Toch was er op dat moment niet veel reden tot vreugde, want Eric Clarisse en Riny Westveer hadden beiden nog niet gerokeerd en kwamen/zaten (daardoor) in zwaar weer. Bij Riny was het een traditionele aanval op de 7e rij die onweerstaanbaar leek en bij Eric was het een aanval over de f-lijn die net zo onweerstaanbaar was. Eric moest als eerste het hoofd buigen: 1-1 dus.

Eric wist met woorden (in zijn eigen stijl) en plaatjes per mail uit te drukken wat er fout ging in zijn partij:

Eigenlijk kwam het (weer) neer op beschikbare energie. Het werd me al snel duidelijk direct in opening — wat was er ook al weer mis met Qb4, daar stak ik een kwartier in zonder enig resultaat.

Diagram 2

Qb4 wint een pion, tegenstander na afloop ‘oops, niet gezien’.

Normaal is f3 ipv Bd3. Koos dan toch voor standaard e5 waar je een tempo mee wint en Bd3 moet ook nog een zet verliezen om deel te nemen.

De varianten kort daarna zijn moeilijk te beoordelen, je moet een keuze maken.

 

 Diagram 3

Dit is de cruciale stelling waar ik me heb vergist. Hier kort of lang rokeren. M’n tegenstander had het in analyse steeds over c5, als Pirc speler doe je dat nimmer. Koos voor een algehele afruil met remise aanbod omdat ik niet wist wat m’n tegenstander wou spelen. Hij had al een paar onverwachte zetten gedaan, dus moest met alle ideeën rekening houden, en dat kostte me teveel energie.

Mijn verdediging was gebaseerd op h6 en f6, de f-lijn ging tenslotte (half)open, wat ik niet bekeken had het simpele e4-e5 en de f-lijn gaat toch open en de torens komen via f7 vernietigend binnen.

Dat ik achteraf een eenvoudige zet als Qe7xe6 had gemist en zo isolani e6 kon vermijden deed het meeste pijn, dan was er weinig aan de hand, zij het dat  ik ook weinig zin had in paard tegen loper.

S*fish liet een ommezwaai in oordeel van -0.4 naar +1.6 na Nf8, ik had dus toch gewoon met paard tegen loper moeten spelen.

Nog voordat we het vierde uur in gingen kwamen we met 2-1 achter. Rinus den Hollander had een soort Vleugelgambiet in het Siciliaan tegen zich gehad en wist daar niet de goede zetten tegenover te zetten. Uiteraard streed Rinus om nog ergens binnen de remisemarge te komen of zich uit de problemen te schwindelen, maar dat lukte absoluut niet.

Riny stond nog steeds aangekrant. Leon Zweedijk daarentegen was een hele goede partij aan het spelen. Leon speelde tegen iemand met een achternaam die (volgens internet) “the highest density” in Hongarije heeft. Dus (?) speelde Leon het Boedapestergambiet. Later meer over Leons partij.

Lennard had dan wel gewonnen, onze andere witspelers kwamen niet verder dan remise. Herman Schoonakker zat op bord 3 en liet zien dat hij echt de verrassing van het seizoen is. Zijn tegenstander, die wel 300 ratingpunten meer had, kon niet veel anders dan het goed getimede remise-aanbod van Herman accepteren. Ondanks dat de partij maar 23 zetten duurde was het volgens Herman een intensieve partij.

Ton van Vliet speelde ook een puike pot, maar toen dameruil onvermijdelijk was, was er ook niet veel meer mogelijk dan remise: 3-2 achter dus.

Peter van der Borgt had zich voorbereid op een tegenstander die de Philidor speelt. Uiteraard deed die speler niet mee en mocht hij tegen de sympathieke Dick Straathof die Scandinavisch speelde. Dat is nu net een opening waar Peter weinig kaas van heeft gegeten. Nu wist Peter zich nog te herinneren dat hij ergens gelezen had (ik -ik ga nu maar over in de ik-vorm- heb net mijn halve schaakbibliotheek afgezocht, maar ik heb niet kunnen vinden waar) dat je met 3.Df3 (na 1.e4,d5 2.exd5,Dxd5) niets bereikte, behalve dat er geen theorie meer van was. Ik had op het HZ-toernooi dit ook ooit tegen Johan de Wolf gespeeld en die partij werd snel remise (maar ja, probeer tegen de Wolf maar eens iets anders te bereiken dan remise).

Die Straathof pakte het actiever aan. Daardoor werd het een spannende partij, waarvan we beiden dachten dat zwart aanzienlijk beter uit de opening kwam dan wit. Toch bleek zwarts ontwikkelingsvoorsprong niet zo veel waard (of, laat ik mezelf eens kietelen, door goed doordacht spel van wit werden zwarts kansen geneutraliseerd). Beide spelers gebruikten nogal veel tijd en toen we 20 zetten gespeeld hadden stonden we beiden op iets van 8 of 9 minuten. De stelling leek complex. In het teambelang moest ik misschien op winst spelen, maar hoe dan? Grof geschut inzetten leek me een kamikaze-actie, afwachten op een fout van mijn tegenstander leek me ook geen goede tactiek, al is het maar dat “afwachten” moeilijk voor mij is en zeker als je “moet” winnen, gokken op een fout in tijdnood leek me ook geen goed plan, omdat ik dan meestal de blunder maak; eigenlijk ben ik in tijdnood alleen goed in schwindelen, maar om te schwindelen moet je eerst verloren staan. Dan maar zelf remise aanbieden en hopen dat hij het afslaat en zelf op zoek gaat naar de winst en uiteindelijk verliest. Niets van dit alles uiteraard. Hij nam de remise terecht aan.

Zo kwamen we met 3 ½ – 2 ½ achter. Alleen een mirakel op het bord van Riny kon ons nog een wedstrijdpunt opleveren. Dat mirakel gebeurde niet. Maar dat had wel kunnen gebeuren, want in deze stelling

Diagram 4

waarin wit net Td7 heeft gespeeld had Riny zich uit de nesten kunnen werken. Ziet u hoe? Antwoord staat op het eind van dit artikel.

Riny verloor dus en zo werd het 4 ½ – 2 ½.

Dan Leon Zweedijk. Leon had op zet 18 een pion gewonnen door creatief spel. Even later leek door een achtergebleven pion op d6 dat die pluspion weinig waarde had. Door een ondersterij-matdreiging kon Leon die pion echter mooi ruilen. Ook gingen er toen een dame en een toren af, zodat een toreneindspel resteerde met een pion meer. Leon speelde dat (op een klein foutje na) keurig uit.

Zijn tegenstander meldde na afloop dat hij een grondige hekel had aan het Boedapester gambiet, behalve wanneer hij het had voorbereid. Tsja. Mij was vooral onduidelijk waarom hij zo lang doorspeelde na zet 53. Noteren deed hij toen overigens ook niet meer, maar zoals Leon me meldde ik dacht, laat maar, ik sta gewonnen en zal het uittikken ook. That’s the spirit.

Jammer dat Leons zege net onvoldoende was voor een goed teamresultaat. Maar fijn dat Leon er weer bij is als betrokken teamspeler.

 

De gedetailleerde uitslag:

 

De Baronie 2 DZD 1
Straathof, D. (Dick) 1887 Borgt van der, P.B.F. (Peter) 1842 ½ – ½
Willeboordse, J. (Jasper) 1806 Clarisse, E. (Eric) 1805 1 – 0
Rutten, J.G.H. (Joost) 1770 Schoonakker, H.A. (Herman) 1452 ½ – ½
Roestel van, J. (Jan) 1779 Westveer, M.C.A. (Riny) 0 1 – 0
Dongen van, C.P.A.M. (Kees) 1646 Duynkerke, L.J. (Lennard) 1509 0 – 1
Kapitany, K. (Karoly) 1617 Zweedijk, L.J.A. (Leon) 1681 0 – 1
Vogelaar, G.J. (Gert) 1728 Vliet van, A. (Ton) 1611 ½ – ½
Lessmann, E.A.B.M. (Edwin) 1649 Hollander den, R. (Rinus) 1606 1 – 0
Gemiddelde Rating: 1735 Gemiddelde Rating: 1644 4½-3½

Ons plan was dat:

  1. De onderste vier borden 2 1/2e punt zouden pakken.
  2. Herman en Riny samen een halfje zouden pakken.
  3. Peter en Eric 1 1/2e (of toch zeker 1) punt zouden pakken.

Onderdelen a en b zijn dus geslaagd; c helaas niet. De teamleider (met die ik-vorm heb ik het nu even gehad) neemt dan ook de schuld van deze nederlaag geheel op zich.

PS1: Riny had met 16….Ld6! zijn beroerde positie om kunnen zetten in een prima positie. Helaas zag Riny het niet en speelde 16….Le8 en werd langzaam verder in het nauw gedreven, alhoewel hij ook daarna nog een kansje kreeg.

PS2: Een paar jaar geleden verloren we van Baronie 1 (groot verlies, https://dezwartedame.nl/?page_id=948). Nu dus van Baronie 2, maar zoals hun teamleider monter meldde: “we hebben ook nog Baronie 3 en 4”. Wie weet mogen we daar volgend seizoen tegen.

PS3: Als teamleider ben ik er trots op dat de basisspelers er alles aan doen om mee te kunnen spelen en dat de afmeldingen die ik dit seizoen heb gehad (op eentje na) te maken hadden met ziekte of verplichte quarantaine. Vijf nederlagen veranderen niets aan ons enthousiasme en het commitment naar het team. Chapeau!

 

Peter van der Borgt


De Zwarte Dame 1 – De Giessen en Linge 1
05-02-2022

Niet opgeven loont net niet genoeg

Na iets meer dan 2 uur spelen zag het er somber uit: Eric Clarisse, Gayan den Hollander, Riny Westveer, Rinus den Hollander en Hermans Schoonakker stonden verloren of straal verloren. Voor de duidelijkheid: hun stelling was niet zo maar iets minder, maar gewoon verloren. Marco Baars stond op dat moment straal gewonnen en bij Leon Zweedijk en Peter van der Borgt was sprake van evenwicht.

Om een uur of zes, een kleine 3 uur later, toen alle partijen klaar waren, stond er een einduitslag van 3 ½ – 4 ½ in de boeken. Aha, denkt u: Marco had gewonnen, Leon en Peter hadden hun remise-achtige stelling naar winst gevoerd en van de verloren partijen was er ergens toch nog eentje in remise geëindigd, waarschijnlijk om de teamzege van De Giessen en Linge 1 (want dat was onze tegenstander) veilig te stellen. Of was er bij een tegenstander een telefoon gaan piepen?

Nee hoor, niks van dat alles. Marco en Peter hadden verloren en Leon noteerde de enige remise. U begrijpt het al: op deze zaterdag werd er her en der stevig geblunderd.

In een tijdsspanne van een paar minuten tijd waren na bijna drie uur spelen drie partijen klaar.

Herman kwam een stuk voor en vervolgens een dame achter. Hopeloos dus. Nee hoor; voor de derde keer in successie wist Herman een verloren stelling om te zetten in een vol punt. Daardoor is Herman wel de enige basisspeler die meer dan 50% scoort dit seizoen.

Herman zond mij zijn eigen observatie over de partij:

Een kwestie van pure mazzel. Dat begint voor mij in deze competitie een duidelijke trend te worden. Ik had me daarom zaterdag voorgenomen om nu eens voor de verandering een degelijke partij te gaan spelen. Dat leek in eerste instantie te lukken. Mijn tegenstander Christian Boudewijn die voor het eerst een partij in de externe competitie speelde, maakte het me niet al te moeilijk en gaf me al op de veertiende zet een paard cadeau waardoor ik eigenlijk al gewonnen kwam te staan.

Daarna hoopten echter de slordigheden in mijn spel zich op en die groeiden uit tot blunders waar mijn tegenstander gretig van profiteerde. Op zet 29 raakte ik zelfs mijn dame kwijt en stond ik volledig verloren. Ik ben toch maar even doorgegaan met schaken (“door opgeven is nog nooit een partij gewonnen”).

Vreemd genoeg wist mijn tegenstander zich kennelijk ook geen raad met zijn gewonnen stelling. Nu was hij het die slordigheden en blunders produceerde en verzuimde om de genadeklap uit te delen. Hierdoor kwam ik uiteindelijk weer materiaal voor te staan en gaf mijn tegenstander na 45 zetten op. Het was, meer nog dan mijn vorige partijen voor de zaterdagcompetitie, een bizarre partij die eigenlijk maar weinig met schaak te maken had.

Voor de liefhebbers (of mensen die na mijn relaas nieuwsgierig zijn geworden): De partij staat op: www.chess.com/analysis/game/pgn/54Rz269Tcr

We kunnen gerust stellen dat Herman zich kwetsbaar opstelt in zijn analyse.

Gayan had in de opening te lang zijn dame op e7 laten staan in de lijn van een toren op e1. Na Ld3 moest Gayan zijn dame spelen, maar dat kostte hem een pion en een waardeloze koningsstelling. Gayan probeerde nog wel met actief tegenspel zijn tegenstander in verwarring te brengen, maar dat lukte niet.

Bij Rinus ging het in de opening na 11…. Dc7 gruwelijk mis. Na de 16e zet van Rinus stond het zo:

Diagram 1
Diagram 1

Rinus staat een pion achter en dat worden er twee als wit op c5 slaat. Hier begint wit (die door de engine op +11.9 wordt gezet) echter de controle te verliezen. Erger nog: na 23.c4 gooit hij zijn eigen koningsstelling open en krijgt Rinus onverwachte aanvalskansen, die hij niet laat lopen, ook wel een beetje geholpen doordat wit zeker niet altijd de beste zet doet.

Dit is de eindstelling (de engine geeft zwart nu +10.9), die niemand na de 16e zet voor mogelijk had gehouden:

Diagram 2
Diagram 2 Zo stonden we met 2-1 voor in plaats van met 3-0 achter.

 

 

 

 

 

 

 

Helaas begon Marco Baars de controle over zijn stelling te verliezen en kwam Peter steeds meer aangekrant te staan, kijk maar:

Diagram 3
Diagram 3Wit heeft net 24.a4 gespeeld en lijkt zwart te gaan overrompelen. En dat gebeurde ook. Toch had ik hier met zwart een mooie zet kunnen doen waarmee ik weer in een remise-achtige stelling terecht zou zijn gekomen. Zie je die zet? Achterin dit artikel staat de oplossing.

Ik zag hem niet. En ik verloor dus: 2-2. Dit is de link naar de partij: https://www.chess.com/analysis/game/pgn/2xxoWLLcXx

 

 

 

 

 

 

Riny had in de opening een beetje gezondigd tegen de ongeschreven regel dat je niet te vaak met hetzelfde stuk moet zetten. Zwart had dan ook de beste kansen en na Riny’s f3 kon zwart zelfs een mataanval ontwikkelen die ten koste van twee pionnen voorkomen werd. Zwart kon het niet direct afmaken en probeerde Riny door de vlag te jagen. Dat lukte niet, maar het leverde wel tegenkansen voor Riny op. In deze stelling (met nog steeds twee pionnen achterstand) zag Riny de weg naar remise (die zelfs de weg naar winst werd):

Diagram 4
Diagram 4Ziet u wat Riny deed? En ziet u hoe zwart remise had kunnen houden? Antwoord: op het eind van dit artikel.

We stonden dus 3-2 voor. Dat werd zelfs 3 ½ – 2 ½ doordat Leon remise overeen kwam in een stelling waarin op winst spelen (voor beide partijen) waarschijnlijk tot verlies zou leiden.

Eric had in de opening een kwaliteit verloren. Even hadden we goede hoop dat Eric zijn stelling kon houden, maar dat bleek ijdele hoop, evenals de hoop op winst door vlagoverschrijding. Erics tegenstander gaf zijn kwaliteit terug, omdat hij goed gezien had dat de pluspion die hij bij deze ruil zou verwerven voldoende was voor de winst. Vervelend want dit leverde een 0 op. Nog vervelender werd het toen Erics tegenstander direct na de partij meldde in het middenspel een enorme blunder te hebben begaan (hij had zijn dame ingesloten in het open veld, zoals het zo mooi beschreven staat op de site van onze tegenstander). Helaas had Eric die blunder (en de daarbij behorende dame- en partijwinst) ook gemist.

Toen was Marco nog bezig. Marco was met mooi spel twee pionnen voor gekomen. Net als in de vorige speelronde ging het daarna toch mis. Toen had hij moeite om de praktische speelwijze te vinden naar de winst toe en nu weer. Het is ook best lastig: gewonnen staan en vervolgens simpele zetten doen.

De enige kans die wit had was een vrijpion te creëren. Helaas liet Marco dat toe doordat hij vooral gefocust was op zijn eigen kansen en minder op die van zijn tegenstander. In een gewonnen stelling kan dat dodelijk zijn.

Door die vrijpion kwamen er kansen voor wit in de stelling. Eerst wist hij de twee pionnen achterstand om te buigen in gelijk materiaal. Toen Marco ook nog zijn koning ongelukkig neerzette kwam wit zelfs een stuk voor.

Nog was Marco niet kansloos om remise te behalen, want het eindspel van toren + paard + twee pionnen tegen toren + twee pionnen is niet simpel te winnen. Door zijn koning de verkeerde kant op te sturen verspeelde Marco definitief zijn remisekansen. Na vijf uur spelen gaf Marco dan ook de pijp aan Maarten en gaf aan “er goed ziek van te zijn”.

Wat resteerde was een goed resultaat tegen weer een veel sterkere tegenstander, maar oom het gevoel dat een 4-4 er zeker had ingezeten.

Ga met deze link naar de stand en de uitslagen:  Stand en uitslagen 

 

O ja: de zet die ik had kunnen (moeten?) doen was 24….Lb5! Die loper kan gewoon genomen worden, maar na slaan met de pion kan de witte toren nergens heen. Tsja: wie kijkt er nu naar zo’n zet?

O ja2: Riny speelde 42.Txg7. Na 42….Txg7 volgde 43.e7! Die zet had Riny natuurlijk gezien toen hij sloeg op g7. Gekker nog: Riny had deze zet al gezien toen hij op de 40e zet (in grote tijdnood) Pe6 speelde.

Zwart speelde, na 43.e7, 43….Kf7 en ging er na 44.Txg7+, Ke8 aan. Zwart had echter 43…..Txg1! moeten doen, want na 44.e8D+, Kg7 kan zwart met Tfg3 ervoor zorgen dat wit ook niet veel verder komt dan eeuwig schaak.

O ja3: wil je het verslag door de bril van onze tegenstander zien: lees dan wat er op https://www.giessenlinge.nl/de-giessen-en-linge-verschalkt-de-zwarte-dame/ staat. Een prima verslag trouwens.

 


DZD 1 – SV Oisterwijk 1
27-11-2021

VERLOREN, MAAR ER HAD MEER INGEZETEN!

 

Publiek was niet welkom. U weet wel: Corona. Spelen mochten we nog net wel, want pas de andere dag zouden “we” een avondlockdown ingaan. Toch voelde spelen raar en ook niet helemaal ontspannen. Natuurlijk, iedereen had een geldig CTB, maar had iedereen zich ook aan de basisregels gehouden? En van Even Tot Hier begreep ik dat er wel 17 basisregels zijn en geen 4: Even tot hier gemist? Start met kijken op NPO Start.
Agnita, de beheerster van Ons Dorpshuis, had voor een heerlijke Sinterklaas-staaf gezorgd. Bleef die in het begin nog onaangebroken, op het eind van de wedstrijd, zo’n vijf uur later, was die helemaal op.

Dan de wedstrijd: We hadden 9 spelers op kunnen stellen, onze vaste 8 basisspelers en ook ons nieuwe lid, Juanjo Torroglosa Miñarro (is er ergens een competitie voor de mooiste spelersnaam?) was beschikbaar. Gayan den Hollander viel af. Ik snap dat er andere Bevelandse schaakclubs zijn die in hun teams een gemiddelde bezetting van 75% hebben.

Ondanks het meespelen van Juanjo hadden we weer een ratingtekort van heb ik jou daar. Toch zag het er al snel aan ons bord 8 goed uit. Lennard Duynkerke speelde zijn geliefde Londen-systeem en (niet om iets af te doen aan Lennards zege) zijn tegenstander speelde het niet op zijn best tegen: zowel positioneel als materieel stond Lennard al snel verschrikkelijk goed. Lennard meldde per mail het volgende over zijn partij: Zo had ik voor de tiende zet al het loperpaar en stond ik een pion voor, terwijl de structuur van mijn tegenstander een flinke klap gehad had. Vrij snel daarna verloor mijn tegenstander nog een pion door een tactiekje en toen ik écht moest gaan nadenken omdat we het middenspel ingingen, hoefde ik de partij eigenlijk alleen nog maar uit te spelen. Zie hieronder een link naar zijn partij: Partij Oisterwijk • lichess.org

Ook Marco Baars kwam prima uit de startblokken. Hij won een kwaliteit.

Bij Herman Schoonakker ging het met zwart in de opening niet best. De witte aanval zag er gevaarlijk uit. Tot Herman plots een kleine kwaliteit kon winnen. En niet alleen won hij materiaal, maar ook van de witte aanval was niets meer over. Herman won dan ook en zo kwamen we op 2-0 (Lennard had toen ook al gewonnen).

Overigens is er met Hermans zelfreflectie niets mis: Evenals bij mijn partij in Rotterdam, kwam ik tegen Henk van Griethuijsen weer heel moeizaam uit de opening. Met name mijn beide lopers stonden lange tijd buiten spel. De partij was ook wat rommelig, zo bleek uit de analyse met maar liefst 3 blunders voor ieder van ons. De partij werd door de chess.com analyse als een weggever van Henk beoordeeld. Met name na zet 8 was een loper-offer op h7 kansrijk geweest.

Dat kun je wel zeggen, kijk maar eens naar de stelling: 

Herman vertelt verder: Op zet 14 heb ik lang nagedacht over Tg6. De toren staat er op een mooie positie maar is op de g-lijn erg kwetsbaar. Volgens de analyse was het geen beste zet. Op zet 21 stond de toren echter nog steeds op de g-lijn en ontstond de mogelijkheid om hem in te ruilen voor twee lichtere stukken (een loper en een paard). Bovendien kreeg mijn loper op b6 daardoor ruimte. Mijn opponent ruilde meteen ook de dames af en daarna verdwenen in opeenvolgende zetten nog vier stukken van het bord zodat een eindspel met een toren tegen het loperpaar ontstond waarmee ik ook direct een vrijpion kon creëren. Kort daarna gaf Henk op. Wie deze partij wil naspelen: https://www.chess.com/analysis/game/pgn/5JwnUY8mpz.

 

Voor Eric Clarisse was de 2-0 voorsprong en Marco’s mooie stelling het moment om remise aan te bieden. Eric meldde me nog het volgende: het was een Caro-Kann Steinitz (Pd7) en niet de meer populaire Bronstein (Pf6). Een variant die ik 15+ jaar terug ooit heb bekeken maar de details niet meer weet. Was nimmer in gevaar, maar wist eigenlijk niet wat ik met ruimte overwicht moest doen.

Helaas kwam Erics gedachte niet helemaal uit. Het bleek dat de partij van Marco zich dramatisch anders zou ontwikkelen dan verwacht. Marco kwam wel een kwaliteit voor, maar het zwarte paard op d3 bleek ijzersterk. En toen Marco ook geen tijd nam om zijn h-toren in het spel te krijgen werd hij kansloos.

En omdat Rinus den Hollander ook verloor stonden we opeens gelijk: 2 ½ – 2 ½ in plaats van 3 ½ – 1 ½ . Rinus vertelde me dit over zijn partij: Het was geweigerd Morra-gambiet en een gelijk opgaande partij tot de 25e zet. Volgens Eric betrof het hier de Maroczy opstelling. Ik had zoals dat vaak in Siciliaanse partijen gaat minder ruimte dan wit. Maar mijn paarden stonden sterk en wits witte loper stond tamelijk buitenspel. Daarna maakte ik een fout door Td7 te spelen in plaats van Pd7. Daarna was het ineens niet meer te redden omdat mijn paard aangevallen kon worden en nergens heen kon. Ik zat ook wel weer in tijdnood, helaas.

Op dat moment hoopte ik nog op een team-remise. Ton van Vliet speelde tegen hun (op papier) sterkste tegenstander. Het was een open stelling met wederzijdse kansen, maar mij leken de Oisterwijkse kansen beter.

Juanjo Torroglosa Miñarro maakte zijn debuut en had niet veel bereikt, maar zijn tegenstander ook niet. De partij leek te verzanden in remise.

Zelf zat ik al heel snel in tijdnood, omdat mijn tegenstander mij op zet 2 (ja, u leest het goed: twee!) verraste met een zet waarvan ik alleen wist dat die bestond. Hij speelde het Vleugelgambiet van het Siciliaans. Ik neem jullie mee in de partij:

  1. e4 c5 2. b4 Balen. Waarom had ik me niet voorbereid? Maar had ik me dan op Hess voorbereid? Had ik op het wereldwijde web kunnen vinden dat hij deze variant speelde? Nadat ik op de laatste twee vragen “Nee” had geantwoord (om niet te blijven hangen in zelfwalging) ging ik in de denkmodus. Natuurlijk begreep ik dat de bedoeling van wit is om voor de gambietpion een sterk centrum te krijgen. Maar is dat een reden die b-pion niet te nemen? Ook was ik bang om in openingsvalletjes te trappen. Maar die zag ik nu nog niet. Ik had immers nog geen stuk ontwikkeld (en wit ook niet), dus plots stukverlies of mat kon er niet in zitten. Nee, laat ik die pion nu maar nemen en kijken of er een geschikt moment komt om een pion terug te geven:
    cxb4 3. a3 Weer denken: speel ik mijn d-pion op of mijn e-pion? Als ik e5 speel wordt die d-pion mogelijk een achtergebleven of losse pion. Als ik d5 speel geef ik wit misschien te makkelijk kansen op een makkelijke loperontwikkeling naar b5 met schaak. Denken, denken, niet kunnen berekenen, dus “op de gok”:
    e5 De “Heilige Van Der Sterren” meldt “Een goed antwoord is 3….d5”. (Punt en niks meer dus).
  1. Nf3 Nc6 5. Bb2 Nf6 6. Nxe5 Nxe5 7. Bxe5 d5 8. exd5 Qxd5 9. Qe2 Be6 10. c4

Mijn beschikbare tijd was hier al een heel eind onder het uur gekomen. Ik dacht hier aan allerlei damezetten (en passant slaan zou natuurlijk onzinnig zijn, want dan kon het paard op b1 met tempowinst mee gaan doen). Ik wilde liefst niet mijn dame naar e4 spelen, want dan zou ik met een slechte dubbelpion op de f-lijn blijven zitten. Naar Dd7 en Dc6 heb ik daarom maar kort gekeken, want dan zou ik nog steeds die dubbelpion op de f-lijn krijgen. Wel heb ik lang naar Dd8 gekeken. Maar ja, dan zou meteen d4 volgen en word ik overlopen, dacht ik. De engine van chess.com zorgt voor ontnuchtering: 10….Dd8 11.d4, Pg4 12.d5, Pxe5 13. Dxe5 Da5! Sowieso kan ik al geen 7 ply vooruit denken, maar zelfs als ik dat zou kunnen moet je ook nog kunnen doorzien dat na 13….Da5 die loper op e6 niet verloren gaat. Dat kan ik ook niet. Na lang wikken en wegen besluit ik dan maar een “slecht” eindspel in te gaan:

Qe4 11. Bxf6 Qxe2+ 12. Bxe2 gxf6 13. O-O bxa3 14. Nxa3 Bc5 15. Nb5 Rd8

Zowel mijn tegenstander als ik denken dat wit hier veel beter staat; de engine vindt van niet: een licht wit voordeel meer niet. Conclusie: is je rating minder dan 2000, dan ben je gewoon geen goede schaker. Nu besluit wit tot het voor mij verrassende

  1. d4 En ik denk nu naar remise te kunnen afwikkelen met Bxd4 want na 17. Nxd4 Rxd4 18. Rxa7 O-O 19. Rxb7 speel ik Bxc4 en dan moet het eindspel met allebei drie pionnen op dezelfde vleugel toch gewoon remise zijn? Dat vindt de engine ook, want die geeft vanaf deze zet alleen maar 0,00. En het maakt de engine geen fluit uit of wit naar eindspel met twee torens wil of naar een eindspel met toren en loper of met een eindspel met een toren, zoals wit het speelde:
  2. Rb4 Bxe2 21. Rxd4 Bxf1 22. Kxf1 Re8 23. g3 Re5 24. h4 Kg7 25. Rg4+ Kf8 26. Kg2 Rf5 27. Re4 Kg7 28. g4 Rb5 29. Re7 h6 30. f4 Rb2+ 31. Kf3 Rb3+ 32. Re3 Rb5 33. h5 Ra5 34. Rd3 Rb5 35. Ke4 Ra5 36. Rd5 Ra4+ 37. Kf5 Ra6 38. Rb5 Rc6 39. Rd5 Ra6 40. Rd7 Ra5+ Heel de tijd is de evaluatie 0,00. Mijn klok heeft vanaf de 20e zet meestal tussen de 1 en 2 minuten gestaan; die van mijn tegenstander (die zocht naar winstmogelijkheden) van 30 naar een paar minuten, en na 41. Ke4 Ra4+ 42. Rd4 Ra5 43. Rd5 Ra4+ vonden we het welletjes: remise. Om mezelf en Stefan een hart onder de riem te steken: de engine geeft ons een nauwkeurigheid van 95%. Zouden we misschien, heel misschien, dan toch best wel goede schakers zijn?Hier is de partij te bekijken en na te spelen

Werd het hierdoor 3-3? Nee, het werd 3-4, want Ton had verloren. Ik speelde de Taimanov variant van het Siciliaans. Mijn tegenstander speelde die opening minder goed en ik won een pion, die promoveerde tot een (weliswaar kwetsbare) vrijpion op. Als dank voor de pion gaf de engine mij steeds plus 1 tot 1,5. Na wits Tc1 en mijn reactie (Db6) veranderde dit en werd mijn voordeel gereduceerd tot 0. Veel beter was Db4 geweest, maar ik was bovenmatig gefixeerd op het aftrekschaak en heb die zet niet eens overwogen. Echt mis ging het, maar toen was de tijdnoodfase al aangebroken, nadat wit de stelling opende na h4 en een aanval op mijn koningsstelling in gang zette waar ik niet goed op reageerde. Wit veroverde de pion op c6, de steunpilaar voor mijn sterke paard, uiteindelijk stond ik in plaats van een pion voor twee pionnen achter in een rampzalige stelling; tijd om op te geven dus. Dit waren Tons woorden en aan de woorden van jurist kan je wel twijfelen, maar bij een confrontatie hierover wordt je altijd “uit positie geluld”, “UPG”, zo noemden we dat in mijn jonge jaren.

Juanjo moest daarom op winst gaan spelen in een stelling waar die winst er gewoon niet in zat. En dan verlies je dus. Zo werd het een 3-5 nederlaag. De wedstrijd terugkijkend hebben Marco en Juanjo te weinig “gekregen” en Herman “teveel”. Natuurlijk kun je jezelf wijs maken dat we gewonnen zouden hebben als Marco “gewoon” gewonnen had. Dan had namelijk Juanjo’s tegenstander op winst moeten spelen en die had dan verloren en dan hadden wij met 5-3 gewonnen. Maar zo is het nu eenmaal niet gegaan. De uitslag in de partij van Marco als kantelpunt kwalificeren is wel terecht. Voor wat het waard is gaf Marco dit als reactie op mijn vraag of hij lekker geslapen had ik heb nachtmerries gehad”.

Ga met deze link naar de stand en de uitslagen:  Stand en uitslagen

 

O ja: Eric gaf nog het volgende aan: Jammer dat we geen scherm konden opzetten om de 2e match partij Carlssen-Nepomniatchi te volgen, heb de uitzending met Vishy+Anna na avondeten zitten kijken. Dat Vishy op gegeven moment de stelling herkende uit een match Gelfand-Shirov uit 2011, maar met een andere zetvolgorde, dat is iets waar ik jaloers op ben. Nou Eric, ook ik ben daar jaloers op, maar in die tweede matchpartij herkende ik wel Marco’s partij. Alleen hadden die grootmeesters twee van die monsterlijke paarden: op d3 en op d6. Wie de partij om het WK gemist heeft: https://www.schaaksite.nl/2021/11/27/carsen-nepo-2-boeiend-gevecht/.

O ja2: voor degene die denken dat dit verslag niet objectief is: lees het verslag op de site van onze tegenstander, http://schaakverenigingoisterwijk.nl/svo-1-pakt-eerste-zege-tegen-de-zwarte-dame/ ,en ergens in het midden zal “de waarheid” wel liggen.

O ja3: Herman is nu onze topscorer met 2 uit 3.

 

Peter van der Borgt


09-10-2021

De Zwarte Dame verliest en wint
Shah Mata 1 – DZD 1

 

Voor alles is een eerste keer. Op 9 oktober 2021 speelde De Zwarte Dame voor het eerst een teamwedstrijd in Zuid-Holland.

We hadden al wel eens gebekerd tegen Sliedrecht, maar toen speelden we thuis. En niet zomaar in Zuid-Holland, nee in “De Grote Stad”, in Rotterdam.

Meer specifiek: in Charlois (Sjaarloos; zo spreek je dat uit, dus niet op zijn Frans). De navigatie liet overigens zien dat die wijk ook gewoon een Dorpsweg heeft. Mooier nog, voor mij als Feyenoord-supporter, dat ik zelfs de Kromme Zandweg kruiste. Aan die straat kende Feyenoord zijn eerste successen, meer dan 100 jaar geleden.

Bij het parkeren voelde ik me wel die boer die niet weet hoe het er in “De Grote Stad” aan toe gaat. Betaald parkeren, okay, dat concept ken ik nog wel. Maar dat je geen kaartje krijgt en alleen je kenteken hoeft in te tikken (en tig euro aftikken), nee, dat was dan weer nieuw. Later thuis vertelde mijn eega dat ze dat ook al zo doen in Bergen op Zoom. Voelde ik me nog meer een boer. Gelukkig speelden we “op Zuid”, ook wel de Boerenzij genaamd naar de Brabantse en Zeeuwse boeren die in de vorige eeuw het iets beter probeerden te krijgen door te gaan werken in de Rotterdamse haven.

Over de wedstrijd: wij waren compleet, zij niet. Maar dan nog was hun gemiddelde rating 150 punten hoger en hadden ze aan elk bord (veel) meer dan 100 ELO-punten meer, behalve dan aan het tweede bord waar Eric Clarisse na een uurtje of drie met zwart remise overeen kwam. Over zijn partij zegt Eric het volgende:

We hebben elk andere zetten overwogen dan wel ‘gezien’. Zelf meende ik dat wit vlak na de opening eerst met e2-e4 en later met f2-f3 beter spel kon krijgen, de engines gaven me gelijk. De zet f7-f5 had mijn tegenstander blijkbaar verrast, stockfish vond het de beste zet. Toch had ik het gevoel dat ik behoorlijk kon mistasten na het dubieuze offer op c6.  Wit kreeg 3 pionnen voor een stuk. Mijn remise-aanbod werd snel geaccepteerd gezien de stand van de wedstrijd en zijn klok. 

We stonden toen al achter. In tegenstelling tot de vorige wedstrijd was er nu al wel snel tekening in de wedstrijd. Rinus den Hollander gaf pardoes een stuk weg. Herman Schoonakker was na het Morra-gambiet in zwaar weer beland: materieel stond het gelijk en positioneel beroerd (geen enkel stuk kon bewegen, leek het). Ton van Vliet en Peter van der Borgt hadden een zwakke pion op d4. Marco Baars speelde gedurfd het Falkbeer Tegengambiet, maar zijn tegenstandster wist heel goed hoe ze dat moest behandelen. En ik vond de stelling van Gayan den Hollander er ook niet fris uit zien, net als die van Lennard Duynkerke. Alleen waren die stellingen ook nogal complex met aanvalskansen voor beide kampen.

Maar heel eerlijk: na anderhalf uur had ik er een zwaar hoofd in dat we ons resultaat van de vorige ronde konden verbeteren (voor de mensen die dat vergeten zijn: we haalden toen slechts anderhalf bordpunt).

Lennard verloor inderdaad. Hij speelde “zijn” Londen-systeem, waarvan ik altijd dacht dat dat een oersaaie / oerdegelijke opening was. Niet altijd bleek wel in deze partij. Lennard meldde het volgende over zijn partij: Deze lijn (even een opmerking van de schrijver dezes: Prima dat we tegenwoordig alles voorbereiden en bekijken op de computer. Wel jammer dat daardoor Nederlandse schaaktermen verdwijnen en vervangen worden door Engelse termen of – in mijn oren – verschrikkelijk klinkende vertalingen. “Lijn”, mijn oren en ogen gruwen ervan.

Voor mij blijft het “Variant”. Maar ja, om Lennards citaat nu te “verbeteren” is natuurlijk “not done”; oeps, ook Engels) had ik al eens bekeken en speel ik eigenlijk altijd tegen het Hollands, dus ik kende de stelling wel een beetje. Maar mijn tegenstander haalde de dekking van een van zijn best ontwikkelde stuk weg, dus daardoor kon ik deze afruilen. Hierbij opende ik alleen wel iets te veel lijnen en omdat mijn koning nog in het midden stond was dit best riskant. Toch had ik er wel uit kunnen komen, maar ik rokeerde nu lang waarbij ik een tactiekje over het hoofd zag en een stuk verloor.

En toen was het klaar. Ik baal er wel van, omdat deze lijn hele mooie aanvalskansen bied en het had dus de potentie om een hele mooie partij te worden, maar een onoplettendheid geeft vaak de hele partij weg in dergelijke scherpe stellingen.

Eric scoorde daarna het halfje. De tegenstander van Rinus vergrootte onze achterstand. Maar daarna scoorden wij onze eerste zege dit seizoen.

Het was nota bene Herman die won.

Zijn tegenstander had in een prachtige stelling besloten een stuk te offeren. Dat offer was niet goed, al moest Herman wel nauwkeurig spelen en dat deed Herman. Herman meldt het volgende over deze partij:

Hierbij de link naar de partij die door de computer ook als een “weggever” werd beoordeeld: https://www.chess.com/analysis/game/pgn/2dTj3GgQPx.

Ik ben niet zo vertrouwd met het Morra gambiet maar besloot toch maar om het aan te nemen (geweigerd ken ik al evenmin). Dd8 bleek erg ongelukkig maar gelukkig speelde mijn tegenstander ook niet nauwkeurig. Hij sloeg op d6 eerst met de loper in plaats van met het paard zoals ik had gevreesd. Daarmee bleef de schade beperkt al had ik wel een flinke achterstand in ontwikkeling.  Daarna kwam het foutieve paardoffer en stond ik volgens de computeranalyse gewonnen. Ik moest nog wel nauwkeurig spelen om de torens zonder veel schade actief te krijgen. Dat lukte uiteindelijk, waarbij ik de schade beperkt kon houden tot een pion en daarna kon profiteren van mijn extra stuk.

Marco en Ton waren inmiddels materieel op achterstand gekomen en konden hun stelling niet houden: weer twee nullen dus. Uiteraard heb ik beide heren ook om een reactie gevraagd.

Marco meldt: Ik ken het Falkbeer 

Tegengambiet het beste om tegen het koningsgambiet te spelen. Ik weet dat het beste voor wit is om op d4 te slaan en ik dan mijn pion doorschuif om zo het paard geen kans te geven om er snel uit te komen. Een snelle rokade en daarmee een sterke toren op de half open f-lijn zo lang mogelijk voorkomen terwijl ik mijn stukken ontwikkel was mijn doel en dat lukte goed.
Zij kende het inderdaad goed, dit was mijn eerste keer dat ik een koningsgambiet tegen me kreeg op clubniveau. Ik gaf aan het einde van de partij aan dat ik het koningsgambiet een verrassende keuze vond, waarbij zij aangaf dat ze met wit altijd het koningsgambiet speelt.

Daarmee krijgt ze altijd leuke partijen om het schaken leuk te houden.
Maar van die zet 13 (c6, terwijl het spelen van de loper op c8 veel beter zou zijn geweest) heb ik sowieso het hele weekend nog last gehad. Dat heb ik in de auto op de terugweg nog wel een paar tegen Lennard en mezelf gezegd (al was Lennard ook goed ziek van zijn partij). Nadat ik hem had gezet heb ik die zet in mijn boekje gemarkeerd met een vraagteken als zijnde mogelijke fout. Mijn tegenstander gaf dat ook aan na de partij dat ze die zet wat minder vond. Beetje jammer.

Ton gaf aan een pion achter te zijn gekomen en dat de stelling waarschijnlijk te houden zou zijn geweest als hij niet na zwarts Td1+ gedacht had mat gezet te worden. Om dat mat te voorkomen moest een pion weggegeven worden en dat was te veel van het goede. Later gaf die “kl…” (NB: mijn taalgebruik) engine natuurlijk aan dat zwart helemaal geen mataanval had.

Maar gelukkig wist Gayan wel een resultaat te behalen. Ik had de hele partij twijfels over zijn stelling, zeker nadat hij een kwaliteit had moeten geven. Misschien had ik er beter aan gedaan ook het materiaal op het bord te tellen, want dan had ik gezien dat Gayan gewoon een materieel plusje had.

Zijn partij bleek gewoon een mooie partij te zijn. Niet perfect, zeker niet, maar wel zo’n partij waarvoor je op schaken zit. Kijk maar mee: https://www.chess.com/analysis/game/pgn/5Cve3gSA3g

En natuurlijk, als je dan meekijkt en je kijkt alleen naar de cijfertjes die de engine laat zien snap je niet waarom Gayan (die wit heeft en aan zet is) in deze stelling

niet gewoon doorspeelt, maar genoegen neemt met een halfje. Welnu, ik snap de remise wel. Materieel gezien staat zwart beter, pion a2 zal ook wel vallen. En hoe zeker is nu dat wit wel even door zwarts verdediging heen walst. Mooie partij van Gayan.

Remise; hadden we toch een half punt meer dan de vorige wedstrijd. Verder kwamen we niet, want Peters tegenstander wist Peters zwakke pion op d4 te veroveren, terwijl hij ook nog Peters tegenkansen (zwakke zwarte pion op e6) wist te neutraliseren.
Ook in het vervolg deed de kapitein van Shah Mata het goed. Volgens de engine heeft hij nauwelijks een slechte zet gedaan en Peter maar eentje (van +0,5 naar -0,5), maar dat was er dus wel eentje teveel.
Chess.com vond er dan ook dit van in een oneliner: VLOEIEND — Een speler kreeg voordeel en gaf het niet meer uit handen.

 

 

 

 

 

 

 

Ga met deze link naar de stand en de uitslagen:  Stand en uitslagen

 

O ja  1: Shah Mata is een schaakvereniging die speelt in Rotterdam-Zuid. De club is op 9 september 1970 opgericht en komen voort uit een fusie van de schaakverenigingen De Zwarte Dame en Gambiet. Vandaar dat De Zwarte Dame toch ook een beetje gewonnen heeft.

O ja 2: “Shah Mata” staat voor “De koning is dood”. Daar gaat het in het schaken eigenlijk allemaal om. Hoe krijg je zo snel of zo mooi mogelijk de koning van je tegenstander op de knieën.

Beide Oja’s heb ik uiteraard van de site van Shah Mata, alhoewel oud-lid Cor Heijboer (van ons en hen) mij ook het eerste oja-tje verteld had.

 

Peter van der Borgt


18-09-2021

Gardé- DZD 1

Eindelijk weer een teamwedstrijd

Op 18 september 2021 was het dan zover. Anderhalf jaar na onze laatste teamwedstrijd (tegen Goes 2) mochten we weer de spreekwoordelijke wei in. En wat was dat lekker. Een lang tempo, een rustige zaal (op zo nu en dan het geluid van een langs Ons Dorpshuis rijdend brommertje) en een daardoor bijna serene sfeer.

Ten opzichte van anderhalf jaar geleden zijn we verzwakt. Dat is een feit. Onze tegenstanders hebben allemaal (in elk geval gemiddeld) een (soms heel) veel hogere rating. Dat was tegen Gardé (volgens hun teamleider betekent dit “aanval op de dame”) uit Soerendonk. Al hun spelers hadden een rating van 1800 of meer (op eentje na, die had “maar” een rating van 1785), waardoor ze een gemiddelde rating van 1881 hebben. Bij ons is de gemiddelde rating 1609.

Een nederlaag van 6 ½ – 1 ½ is dan ook logisch. En toch; na twee uur spelen zag het daar helemaal niet naar uit. De partijen waren in evenwicht en op de onderste vier borden leken we zeker kansen te hebben en ook Eric Clarisse op twee had een prettige stelling.

Maar zoals dat dan gaat als de ratingverschillen vele honderden punten zijn gaat het in het derde uur mis. Hierna volgen wat observaties in volgorde van de partij-eindes.

Marco Baars had lang gerocheerd, zijn tegenstander kort. Marco viel aan op de koningsvleugel en zijn tegenstander begon een aanval aan de andere kant. In plaats van zijn aanval door te zetten (het adagium “de dood of de gladiolen” volgend) ging Marco verdedigen en ook nog met een beroerde zet. En toen was het snel uit.

Bij Lennard Duynkerke stond het gelijk. Lennard had een slechtere loper, maar als hij de dame en toren kon ruilen zou een eindspel met ongelijke lopers ontstaan wat zeker in remise zou eindigen. Lennards tegenstander had heel weinig tijd en Lennard maakte de fout daar gebruik van te willen maken door zelf ook snel te gaan spelen en dus zo net zo weinig tijd te gebruiken als zijn tegenstander kon gebruiken. En dat in en stelling die juist bij elke zet een doorwrochte beoordeling nodig had. Laten we zeggen dat Lennard zijn lesje heeft geleerd, net zoals uw verslaggever jaaaaren geleden ook al eens.

Ton van Vliet zorgde voor de derde nul. Ton speelde prima, maar zijn opponent was gewoon net iets sterker. De problemen die Ton kreeg op de diagonaal a1-h8 deden hem uiteindelijk de das om/

Gelukkig konden we daarna twee eerreddende remises noteren.

Bij Rinus den Hollander bleef de partij eigenlijk constant binnen plus-1 en min-1, oftewel: de remisemarge werd nergens overschreden.

Dat was bij Peter van der Borgt ook zo. Peters partij volgde lang de partij van Rinus. Overigens had Peter dat niet gezien.

Voor wie de partij van Peter wil naspelen via chess.com: https://www.chess.com/analysis/game/pgn/4aqaxKQHWE

Of liever achter een echt bord:

  1. Nf3 c5 2. c4 Nc6 3. Nc3 Nf6 4. g3 g6 5. Bg2 Bg7 6. O-O O-O 7. d3 d6 8. Bd2 Rb8 9. Rb1 a6 10. Ng5 Bd7 11. a3 b5 12. cxb5 axb5 13. b4 cxb4 14. axb4 e6 15. e4 Qe7 16. Be3 Nu kon ik “offeren” met Ng4, want na 17. Qxg4 won ik het stuk weer terug met Bxc3 18. Rfc1 Bg7 19. Qd1 Eigenlijk is er dus geruild en zijn dame en loper weer terug naar hun plek Rfc8 20. Nf3 h5= 21. h4 e5 22.d4 Bg4 23. d5 Nd4 24. Bxd4 exd4 25. Qd3 Rc3 26. Rxc3 dxc3 27. Nd4 Bxd4 28. Qxd4 c2 29. Rc1 Bd1 en toen was deze stelling ontstaan:

Geloof het of niet, maar deze stelling had ik gezien toen ik 21…e5 speelde. Natuurlijk was dat niet zo moeilijk, want veel zetten zijn min of meer gedwongen. Hoe ik die stelling na 29….Ld1 moest inschatten wist ik niet. Het leek me dat wit tijd moest gaan besteden (lees: zetten met zijn loper en wellicht de koning) om die pion terug te winnen en dat ik die moest dekken of misschien wel via de a-lijn “binnen komen”. Omdat ik al weinig tijd had en na 22.d4 wel steeds de “blunder check” deed had ik nog maar een paar minuten op de klok. Wit deed toen wat ik niet verwacht had: hij sloeg met de toren de loper. Het liefst had ik nu de volgende vraag opgeschreven “Hoe strafte zwart 30.Txd1 af?”. De vraag is echter “Hoe had zwart 30.Txd1 kunnen afstraffen?”. Het antwoord volgt onderin. Nog ongelofelijker wordt het dat na mijn 31e zet het remise wordt.

Na de twee remises volgden twee nullen.

Bij Gayan den Hollander had het spel zich ontwikkeld als bij Marco Baars: Gayan had lang gerocheerd en zijn tegenstander kort en beiden hadden aanvalskansen op de koning. Gayan ging niet in de verdediging en dacht met Dxh3 de genadeklap uit te delen. De dame kon niet geslagen worden met de pion op g2 vanwege Gayans toren op g8 (die gedekt werd door een toren op h8). Wit verraste Gayan echter met Te8+. Die toren kon Gayan gewoon nemen (met die toren op g8), maar dan was de penning weg en zou Gayan zijn dame verliezen. Het schaak opheffen door een koningszet werkte ook niet, omdat dan een loper en dame op dodelijke wijze mee zouden gaan doen in de aanval. Ik weet niet of Gayan wakker heeft gelegen van de vraag of hij niet beter zijn h8-toren naar g8 had gezet. Toch een puike partij van Gayan.

Herman Schoonakker kwam prima uit de opening. Maar Herman kon zijn aanval niet doorzetten en besteedde veel tijd aan het nadenken daarover (zelfs een paardoffer met sterke verbonden pionnen op a- en b-lijn werd overwogen. Uit de computeranalyse bleek dat het paardoffer goed zou zijn geweest. Maar ja, achter het bord zitten mensen, geen computer. Uiteindelijk werd de combinatie van tijdnood en gewoon de kracht van zijn tegenstander Herman fataal.

Als laatste was Eric Clarisse bezig. Eric had heel de partij een voordeeltje, maar zag geen kans het af te maken en moest in remise berusten. In de nazit (overigens staande op het plein voor Ons Dorpshuis) gaf Eric aan de partij niet “in de computer te zetten”.

Later die avond kreeg ik een mail met de volgende tekst: .. de partij van vandaag liet me niet los.

Eerst wat gegeten en Dalziel&Pascoe gekeken. Ik wou het eigenlijk niet weten .. halverwege toch een bord gepakt.

 

Nagespeeld en ik had moeten winnen. Twee maal. Niet simpel maar toch.

 De eerste keer was het lastigst, wilde controle over d5 niet weggeven, op het bord variant analyseren zonder druk is toch iets anders, het zou 2 vrijpionnen tegen 1 vrijpion geweest zijn. Ik vraag het niet eens aan sfish&co die minstens +1.5 zou geven vanwege de ruimte en meerderheid op damevleugel.

 De tweede keer was een foutieve beoordeling van de pionnenstructuur in een eindspel, dacht dat mijn loper opgesloten worden en ben niet achter een pion gegaan en vervolgens konden de 4 lopers niets doen.

Als je de partij hebt gezien is de telegramstijl-analyse te vatten. En daarom wilde Eric zijn partij niet in “het ding” zetten; hij wist dat hij ergens de winst had gemist.

O ja, dan hadden we nog de vraag hoe Peter kon winnen. Welnu, na 30.Txdi sloeg Peter à tempo met de pion terug. Na 31.Dxd1, De5 bood Peter remise aan, want hij had heel weinig tijd en zag alleen maar slechte zwarte pionnen.

Veel beter was echter (in plaats van 30….cxd1D+) 30….De5! Als wit de dame slaat dekt die dame veld d1 niet meer en wint zwart met cxd1D+ de dame terug, omdat het schaak is en dat schaak opgeheven moet worden en wit 32….dxe5 niet kan voorkomen. Wit moet dus iets als 31.Dd3 (of Dd2 of Da1) doen en dan slaat zwart op d1, wit speelt Dxd1 en dan komt zwart binnen met Db2. Door eerst De5 te spelen in plaats van direct slaan op d1 wint zwart een verschrikkelijk belangrijk tempo. Nu zag ik (in de weinige tijd die me restte) alleen maar leeuwen en beren, omdat wit met zijn dame binnen kon komen en bood remise aan.

En zo leden we een grote nederlaag tegen de (bijna)Eindhovenaren. Gelukkig voor Ton, Marco, Gayan en zeker ook mezelf wist een dag later de door hen en mij zo geliefde voetbalclub (die ons soms euforisch maakt, maar vaker in diepe droefenis stort) de bij Brabo’s zo geliefde voetbalclub uit de Lichtstad met duidelijke cijfers van het veld te spelen.

Peter van der Borgt

Ga met deze link naar de stand en de uitslagen:  Stand en uitslagen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *